De Far Cry-franchise heeft de laatste jaren mooie games bezorgd. Zo konden we in het najaar van 2012 aan de slag op de Rook Islands, waar we het opnamen tegen de gestoorde Vaas. In het voorjaar van 2013 kwam daar de stand-alone arcade game Far Cry Blood Dragon, dat zich in jaren 80 science-fiction stijl afspeelde in een nucleaire oorlog in het jaar 2007. Nog geen anderhalf jaar geleden bezochten we de Himalaya en maakten we kennis met de gestoorde man Pagan Min, die de leiding had over het land Kyrat. Om de franchise actief te houden en Far Cry-fans een plezier te doen brengt Ubisoft deze koude dagen Far Cry Primal uit. Vergeet dit keer alle gekkigheid en ontploffingen die je hebt meegemaakt, want in Far Cry Primal reizen we terug naar de prehistorie. 10.000 jaar voor Christus om precies te zijn. Een tijd van jagen op dieren of het prooi zijn van een dier. Maar weet Ubisoft met dit deel een boeiend verhaal neer te zetten die zelfs fans van de franchise boeit? Feres reisde af naar Oros om het echte wild zelf te ervaren.
Oké, de oertijd dus. Een tijd waarin holbewoners gekke dansjes deden, vage rituelen hielden, tegen elkaar schreeuwden en de meest gore zooi aten en drinken. Het is een tijd die ik zelf niet heb meegemaakt en gelukkig maar. Ik moet er niet aan denken om andermans bloed te drinken, vanuit het niets aangevallen te worden door een sabeltandtijger of dood te vriezen in de bergen. Om de sfeer uit die tijd toch nog een keer in mijn leven mee te maken kwam Ubisoft met een Far Cry-game waarin de genoemde omstandigheden allemaal in voor komen. Het is grappig, dat wel, maar alhoewel de game een hoofdverhaallijn kent, bestaande uit 13 missies, had ik het na een aantal missies wel gezien. Zo zit de voornamelijk ‘wow’-factor in de eerste vijf uur, waarin je de eerste paar skill tree’s ontgrendeld, dorpsbewoners krijgt en bondgenoten zoals een wolf en een uil voor je kiezen krijgt.
Te uitgebreide skills; minder wapens
Omdat Far Cry Primal, Primal is, en geen 5 achter de titel geplakt heeft, betekent het niet dat er weinig te doen is in de open-wereld. Net als voorheen een skill tree. Dit keer geen Tiger/Elphant tree’s, maar overlevings, verzamelings, beestenmeester, jagers, vechters en crafting tree’s. Meer skillpoints en meer tree’s dus voor dit deel. Helaas zijn deze skills niet zo bijzonder en bestaan ze uit de standaard upgrades zoals meerdere gezondheidsvakjes, het tonen van meerdere objecten op de map, nieuwe aanvalstechnieken en minder schade oplopen tijdens het vallen. Je wapens daarentegen zijn veel minder dan voorheen. Verwacht geen gigantisch menu met uitgebreide wapens die je kan customizen, maar simpelweg drie wapens, een boog, een knots en een speer. Deze wapens zijn constant te upgraden door voorwerpen zoals verschillende hout- en steensoorten te verzamelen, maar daar blijft het ook bij. Verder heb je een bijenbom om op vijanden te gooien en lokaas om wilde dieren af te leiden.
Serieuze personages
Als speler kruip je in de huid van Takkar, een inwoner van de Wenja-stam. In het hoofdverhaal is er een, voor in die tijd kennende, oorlog gaande tussen de Wenja-stam en twee andere stammen. Als Takkar moet jij het opnemen tegen onder andere Ull, leider van de Udum-stam en Batari, leidster van de Izila-stam. Beiden personages vertoonden naar mijn aanzien een gevaarlijkere houding dan Vaas en Pagan-Min en zijn erg serieus te nemen. Dit geldt ook voor de andere personages in de game, zoals je dorpsbewoners, waarvan sjamaan Tensay en een goede vriendin genaamd Sayla. De goede uitwerking van de personages en de vertolking van hun gedrag, zorgen voor een levendige game. Helaas kent de game daarentegen te weinig diepgang in het verhaal en zijn de momenten waarin je personages tegenkomt, een van de weinige dingen die de game ten goede komt. Het meest opvallende aan de personages is de taal die ze spreken. Dit zijn drie Proto-Indo-Europese talen waarvoor Ubisoft twee linguïsten heeft ingehuurd om de taal zo goed mogelijk neer te zetten.
”De goede uitwerking van de personages en de vertolking van hun gedrag, zorgen voor een levendige game!”
Nieuwe inwoners
Tijdens je reis heb je de beschikking over bondgenoten. Dit zijn dieren zoals een uil die op verkenning kan gaan en een wolf of tijgersoort die braaf jouw vijanden in stukken scheurt. Alleen bestaan de missies uit het hoofdverhaal voornamelijk uit voorwerpen en voedsel verzamelen, wat dus voor te weinig diepgang zorgt. Om de sfeer en levendigheid toch in de game te houden, zijn tussendoor Wenja-evenementen speelbaar. Dit zijn optionele quests die vanuit het niets opduiken, waarin je mensen in nood moet redden die middenin een gevecht zitten met een wilde dier of gevangen zijn genomen door een vijandelijke stam. Wanneer je deze wilde dieren of vijanden neerschiet, rekruteer je als het ware een nieuwe inwoner van je dorp, waardoor jouw Wenja-stam wordt uitgebreid. Dit deed mij denken aan Assassin’s Creed Brotherhood en Unity, waarin je ook bondgenoten kon rekruteren en later kon oproepen voor hulp.
Het land van Oros
De game draait wederom op de Dunia 2 Engine en bevat dus weer een grafisch spektakel met gelikte graphics. Een van de belangrijke elementen in de game is natuurlijk de wereld en dan met name de map. Naast de nogal saaie verhaallijn biedt de game je de mogelijkheid om een eigen dorp te bouwen. Zoals genoemd kan dat door Wenja-evenementen te voltooien, waarmee je de bevrijdde mensen als inwoner van jouw dorp krijgt. In je dorp heb je de mogelijkheden om hutten te upgraden. Zo bouw je een steeds groter dorp op. Echter is de enige manier om een hut te upgraden door hout- en steensoorten te verzamelen en dien je dus weer een hele tijd door de wereld te lopen en dat is jammer. Verder zijn er in Oros verschillende gebergtes, zo zijn er in het noordelijke gebied veel sneeuwachtige bergen te vinden waarbij een meter in beeld komt hoe lang je in de kou kan overleven voordat je doodvriest. Warme winterkleding is natuurlijk een optie, maar deze dien je wel als skill te unlocken. Elk gebied kent ook zijn eigen soort dieren, zo zijn mammoeten voornamelijk in koude sneeuwachtige gebieden te vinden, herten tussen de struiken, bruine beren in de hoog liggende bergen en wilde zwijnen langs het water. Ook kent de game minder bekende dieren en dieren die tegenwoordig in nog maar kleine gebieden op aarde te vinden zijn zoals tapirs en jakken.
Fast-travel kampen
Verder zijn er kampen te ontgrendelen. In de voorgaande delen waren radiotorens aanwezig waarmee een gebied op de map zichtbaar werd en een fast-travel locatie werd vrijgespeeld. Dit maakt in deze game plaats voor vreugdevuren. Dit zijn kampen waar je naar kan fast-travellen die vrij te spelen zijn door een vuurpijl op een houten toren af te steken. De map wordt echter bijgewerkt door naar verschillende gebieden te lopen. Bij elk kamp is het ook mogelijk om te slapen en naar bed te gaan. Dit bestaat uit twee opties: slapen totdat de zon opkomt of ondergaat. ’s Nachts zijn dieren wilder dan overdag en ‘s nachts komen zelfs dieren voor die overdag niet te vinden zijn. Zo ben ik een keer de stuipen op het lijf gejaagd nadat een krokodil mij ’s nachts onder water begon aan te vallen. Dit was mij niet opgevallen, totdat een quick-time event plaatsvond om de krokodil van mij af te slaan.
Dierlijke-bondgenoten zijn een goed hulpmiddel
Om even terug te komen op de companions: de uil en wolf. Far Cry 4 had helikopters waarmee je vliegend door Kyrat kon reizen. Om dit terug te laten keren heb je nu de mogelijkheid om een uil op te roepen die vanuit de lucht het vijandelijke gebied kan verkennen. Deze uil kan je zelf besturen en dat zorgt voor een mooi uitzicht over de map. Het besturen van de uil is erg handig om te weten waar ongeveer de vijanden lopen en met hoeveel man ze zijn. Door een skillpoint uit te besteden krijgt je uil de mogelijkheid om een vijand vanuit de lucht aan te vallen en dat ziet er tof uit. De wolf leer je aan het begin van de game kennen als een wild dier die, nadat je hem getemd hebt, een companion van je wordt. Door de rechterknop op de D-pad te gebruiken kan je de wolf op elk gewenst moment oproepen om af te sturen op een vijand. Let wel op naar wat voor vijand je je wolf afstuurt, want een bruine beer heeft de kracht om een wolf te verslaan. Maar door een stukje vlees aan je wolf en een aai over zijn bol te geven, wordt hij weer helemaal gezond. Hier krijg je toch nog een beetje het Dogmeat gevoel uit Fallout 4 bij en dat maakt de game een stuk vermakelijker dan solo vijanden afmaken.
Een oog voor herhalend detail
Wanneer je solo speelt en op jacht gaat op wilde dieren maak je gebruik van je hunter vision. Dat is te gebruiken door de rechterstick in te drukken en hiermee worden voet- en bloedsporen met een gele kleur zichtbaar waardoor je wilde dieren die zijn weggerend of doodgebloed, gemakkelijk kunt terugvinden. Echter is de hunter vision ook te gebruiken om alle plant-, hout- en steensoorten zichtbaar te stellen, waardoor je geforceerd wordt om hiervan te vaak gebruik te maken, en dat is best vervelend. In het begin is het interessant om deze gele kleuren te zien met je hunter vision, maar na een tijdje wordt dit repetitief en dat geldt dus ook voor het verzamelen van alle voorwerpen om hutten te upgraden.
Oer-oer assassin Hurk
Wie de Monkey Business Pack en Hurk’s Redemption DLC van Far Cry 3 en 4 heeft gespeeld, weet precies wie het personage Hurk is. Een gek, maar grappig personage waarvoor je een missie moest doen. Ook in deze game keert Hurk terug, maar dit keer in de volledige game en met de naam Urki. Het grappige is dat Urki, net als Hurk, een grappig personage is dat zich echt gedraagt als een oermens. Zo denkt hij dat hij kan vliegen en probeert hij een leap of fate uit Assassin’s Creed na te doen. Met de Assassin’s Creed muziek op de achtergrond is dit een leuke easter egg, die mij als fan van beide franchises erg deed vermaken.
Conclusie
75
Deze nieuwe Far Cry-game weet een sfeervolle wereld neer te zetten met best wel geinige personages. Het prehistorische tijdperk spreekt misschien niet iedereen aan, maar de mogelijkheid om je eigen dorp te bouwen en een companion te hebben zoals een uil, wolf- of tijgersoort, maakt de game toch wel vermakelijk. Helaas bevat de game een niet zo interessante verhaallijn en draait het meer om verzamelen waarbij jouw dorp met inwoners het enige is dat echt boeiend blijft. Natuurlijk is de prehistorie, 10.000 jaar voor Christus, een saaie periode, maar met je eigen dorp, companions, side-quests, veel soorten wilde dieren en verschillende stammen heeft Ubisoft alsnog haar best gedaan om een volle Far Cry game af te leveren.
Pluspunten
+ Sfeervolle wereld
+ Goed uitgewerkte personages
+ Genoeg planten, stenen en dieren te vinden
+ Je eigen dorp bouwen en upgraden
+ Companions zoals uil en wolf oproepen
Minpunten
– Oninteressante verhaallijn
– Standaard skills
– Voorwerpen verzamelen wordt op den duur repetitief
Reacties